Met het oog op de feestdagen deel ik vandaag het recept van een heerlijke winterse perenstrudel. Lekker bij de koffie of als nagerecht, met een bolletje vanille- of kaneelijs óf vanillesaus naast de warme strudel.

Ingrediënten (6-8 personen)

• 1 kilo peren
• 12 vellen filodeeg
• 100 gram suiker
• 100 gram rozijnen
• 50 gram walnoten
• 25 gram amandelschaafsel
• 1 theelepel kaneel
• sap én rasp van 1 citroen
• 50 gram gesmolten boter
• poedersuiker
• eventueel ijs of vanillesaus om erbij te serveren

Ontdooi het filodeeg, maar zorg dat het niet droog wordt door de vellen tussen twee vochtige theedoeken te leggen.

Wel ondertussen de rozijnen in een kom water en verwarm de oven alvast voor op 180 graden.

Schil de peren en snijd ze in kleine blokjes. Meng de sap van 1 citroen door de peren en voeg ook de kaneel, citroenrasp en 50 gram suiker toe.  Tenslotte meng je dit goed met de uitgelekte rozijnen.

Pak de bovenste theedoek en leg deze op het aanrechtblad. Leg 6 vellen filodeeg op de theedoek met bij elk vel een overlap van 1 centimeter. Zo ontstaat er één groot vel.

Vervolgens bestrijk je deze vellen direct met de gesmolten boter (dit voorkomt uitdrogen). Strooi er de gehakte walnoten,  het amandelschaafsel en de overige suiker overheen. Daarna leg je de andere 6 vellen filodeeg er op dezelfde manier overheen en bestrijk je deze ook weer met boter.

Laat de peren heel goed uitlekken voordat je deze over het filodeeg verspreid. Nu vouw je met behulp van de theedoek de strudel op. Vouw eerst de korte kanten naar binnen en rol dan het deeg op. Zo ontstaat een mooie rol. Bestrijk de bovenkant met boter en bak de perenstrudel op een bakplaat met bakpapier in de oven goudbruin en gaar. Dit duur ongeveer 40-45 minuten.

Serveer de perenstrudel warm en bestrooi op het laatst nog met een laagje poedersuiker!